Oude Venlose familie. In Venlo leefden twee rijke, invloedrijke families van die naam. Ze hadden met name in de tweede helft van de negentiende eeuw en het begin van de twintigste eeuw veel bezit, macht en aanzien. De ene familie kwam rond 1740 naar Venlo. Leden ervan waren rond 1870 eigenaar van een zoutziederij, een steenhouwerij, een pannenbakkerij, een molen, een sigarenfabriek of waren handelaar in koffie. Het bekendst werd deze familie doordat vier leden ervan (Laurent, Henri, August en Emile) in 1889 het startkapitaal verschaften voor de gloeilampenfabriek Pope. Het eerste lid van de andere familie, Hendricus, toog in het begin van de negentiende eeuw vanuit Dülken (Pruissen) naar Venlo. Hij trouwde in 1813 met Jacoba Bontamps en kwam zo in het bedrijf van haar familie terecht. In 1840 werd hij officieel opgenomen in de Firma Wed. H. Bontamps. Toen hij in 1850 overleed, nam zijn zoon August (1816-1895) de zaak over. Deze bouwde haar uit tot een groot concern en deed haar later weer over aan zijn zonen Adolf, Frans en August jr. Na de dood van Frans in 1933 namen diens zonen Leon en Maurice het roer over. Zij konden de ondergang van de firma Wed. H. Bontamps eind 1935 echter niet meer voorkomen. Veel leden van de familie Goossens bekleedden maatschappelijke functies. Frans Goossens bijvoorbeeld was lange tijd wethouder, regent van het R.K. Gasthuis 'Sint Jozef' en president-commissaris van de NV Nieuwe Venlosche Courant.