Pompenfabriek. Geho-pompen is voortgekomen uit Johan Hillens IJzergieterij en Machinefabriek. Deze werd in april 1916 voor 10.000 gulden gekocht door de Veendamse ondernemer Th. Holthuis. Omdat hij vijf zoons had, die hij niet allemaal kon onderbrengen in zijn eigen machinefabriek, was hij op zoek naar overnamemogelijkheden. De zonen Rudolf en Joost kregen de leiding van het Blerickse bedrijf, dat aanvankelijk alleen zogenaamd zwaar gietwerk produceerde voor de scheepsbouw. Die specialisatie legde de firma geen windeieren, want in 1921 kon een nieuwe fabriek worden betrokken aan de Nieuwborgstraat. De IJzergieterij en Machinefabriek Gebrs. Holthuis NV bood in die dagen werk aan ongeveer honderd man. Op het eind van de jaren twintig was dat aantal echter als gevolg van de crisis weer gedaald tot 45. De beide broers besloten vervolgens ook andere produkten te gaan fabriceren en met name pompen. Dat bleek op de lange termijn bezien een gouden greep. Voor en na de oorlog boekte Geho vooral succes met handmembraanpompen. Desondanks daalde het personeelsbestand verder, tot 35 rond 1960. Begin jaren zestig trad een nieuwe generatie van de familie Holthuis aan. Carol en Herman gingen zich helemaal toeleggen op pompen en verkochten de gieterij in 1963 aan IJzergieterij Industria in Tegelen. Het tweetal boekte vanuit de nieuwe vestiging aan de Grubbenvorsterweg in Blerick succes met zelf ontwikkelde zuigerpompen en pompen voor afvalwaterverwerking en delfstoffentransport. De winst, produktie en het aantal personeelsleden stegen daardoor gestaag.

In 1976 waren er ongeveer 100 man in dienst. Omdat de toekomst er goed uitzag, bouwde Geho Pompen in 1984 een groot nieuw onderkomen aan de Archimedesweg, berekend op 250 werknemers. Meer als 200 (in 1986) werden het er echter nooit als gevolg van het tegenzittende economische tij. In de tweede helft van de jaren tachtig kreeg het bedrijf het moeilijk, er werd onvoldoende winst gemaakt. Vandaar dat Geho-pompen op zoek ging naar een grote partner. Die werd gevonden in de Amerikaanse Baker Hughes Pump Group. De Amerikanen namen Geho, waar al enige tijd geen Holthuis meer in de directie zat, in 1991 over. Op het moment van overname was het Blerickse bedrijf vooral gespecialiseerd in ontwikkeling, produktie en verkoop van hogedrukpompen voor grondwaterstandverlaging, rioolgemalen en systemen voor transport van slurrie (modder). De produkten van Baker, lagedruk- en slurriepompen sloten daar goed bij aan. Geho hoopte dat het als gevolg van de overname een betere toegang tot de wereldmarkt zou krijgen en meer zou kunnen verkopen. Het inmiddels Geho Pumps gedoopte bedrijf werd in 1992 samengevoegd met het Helmondse Begemann Pompen, dat ook door Baker Hughes was overgenomen. Van de 140 werknemers van Begemann kwamen er 95 naar Blerick, zodat eindelijk de capaciteit van het fabrieksgebouw volledig kon worden benut. Vanaf de samenvoeging met Begemann heette het bedrijf EnviroTech. In 1994 besloot Baker Hughes zijn pompendivisie af te stoten en EnviroTech weer te verkopen. De nieuwe eigenaar werd de Schotse Weir Group, die zelf al over een pompenproducent beschikte: Weir Pumps. De produkten van Weir Pumps en EnviroTech sloten goed op elkaar aan. Zie ook: Hillen.